Bij mijn Plechtige Communie was de feest grotendeels verbrod, doordat we om 3 uur nog naar de Vespers en Lof moesten in het College, en de principaal had maar één eigenschap, hij kon alles zolang uitrekken tot ge er in slaap bij vielt.
De hele voormiddag hadden we in de kerk doorgebracht. Eerst om half zeven was er de gewone mis, en dan mochten we naar huis lopen, den berg op, en vlug iets binnenwringen, want om half negen was de schonen dienst met veel praal en herhaalde gezangen en een preek, die nogal een tijdje duurde, ik geloof niet, dat hij ‘amen’ kon uitspreken. Maar denk niet dat ge dan vrij waart, ook op het Communiefeest was het studie tot 12 uur. En dan pas waart ge vrij. Ja, vrij tot drie uur, de andere zondagen was dat maar tot 2 uur, dan was het eerst studie vóór de vespers, en om 5 uur terug studie. (dat is een verhaaltje voor later)
Allé, we waren dan toch thuis om vier uur, en dan konden we ons plaats aan de tafel komen innemen. Zodus was de uurregeling voor die dag om 12.30 u konden we voorgerecht eten en soep. Dan naar de vespers en om 4 uur als het wel ging waren we werkelijk vrij. Dan werd er eindelijk aan echt eten gedacht.
Alles verliep naar wens en de schuimwijn en champagne werden vlot gedronken. Onzen Pol – die met mij zijn plechtige Communie had gedaan – vond dat lekker. Het smaakte immer naar nog, en na een uurtje was het van dat: overgeven en ziek. Ze hebben hem dan maar versuft in zijn bed gestopt, hij is die dag niet meer op toneel verschenen. Ik, had reeds opgemerkt tot wat drinken kon leiden, dronk ook, maar het was meer proeven van alle dranken.
De tafels stonden opgesteld in papa zijnen atelier. Alle stoelen werden samengeraapt en waren van dienst. Het schoon servies werd de eerste keer uit de kast in de kleine keuken gehaald, en verder aangevuld met borden en glazen van bij de tanten. Twee hele wasmanden vol. Alles werd mooi geëtaleerd op de echte damasten tafellakens.
De ‘kokkesse’ (kokkin), nogal een dikke, van op den Buizemont , diende op en werd daarin bijgestaan door mama. Het voorgerecht werd op applaus onthaald, het was iets met vis, zalm, geloof ik. Iets wat toen zeer zeldzaam was, maar zeer fijn met garnaaltjes gegarneerd. (spijtig want ik lustte geen garnalen) De soep werd opgediend in echte stenen soeptrienen, en met een faience soeplepel op uw bord geschept. Spijtig dat die nog eens durven druipen, en natuurlijk was het ik die prijs had. Op mijn mouw van mijn nieuw kostuum dan nog, een dikke druppel. Algemeen alarm en in de keuken is het er dan met vers water uitgewassen. Gelukkig zaagt ge er nadien niks meer van. Toen ik weer op het toneel verscheen, leek het of er iets gebeurd was. Allen zaten met een vreemden trek om hun mond, en de soep was nog nergens aangeraakt. De kokkesse werd er bijgehaald en ze proefde ook: “ Daar moet ik het fijne van weten “, zei ze, “ik heb die ketel om een beetje uit mijnen weg te zetten, daar onder den hank gezet.” Verklaarde ze, en ze ging voorop om het te tonen. En ja, dat kon, maar waar ze in haar haast niet op gelet had ,was, dat daarboven aan den haak de vers gekookte asperges hingen, om uit te druipen. Er werden een paar druppels van geproefd, en ja het was die smaak, die de soep bedorven had. Het was misschien de eerste aspergesoep. Ze is toch maar niet uitgegeten en ze hebben allemaal dan nog wat moeten wachten om verder te eten. Tot ik weer thuis was. De hoofdschotel waren verschillende soorten groenten waaronder de genoemde asperges, opgediend in een grote ovalen schotel , met kroketten en het vlees van een zelfgekweekt lammetje. Dat was zo zacht en mals als boter. En lekker dat dit was. Iedereen heeft er meermaals van genomen. Zodat mama al angst had dat er niet genoeg zou geweest zijn. Aja, met die soep minder hadden ze allemaal nog groteren honger, want het was reeds met die vespers, al na de vieren geworden. De katten en den hond hebben moeten content zijn met een paar velletjes. Als dessert volgden de gekende mattentaarten en veel geleitaarten van krieken en abrikozen. Opgediend op de schone teljoortjes van tante. De koffie kondt ge van verre rieken. Het moet toch gezegd zijn, dat die kokessen een speciaal manier hebben om goede koffie te maken. Ondertussen vloeide de wijn en waren de glazen meer leeg dan vol. Ook tante Marie deed er haar best aan, en ze begon al met een dubbel tong te babbelen.
Als de lampen al werden aangestoken hebben ze nonkel Gaston er kunnen toe brengen enkele goocheltoeren uit te halen. Droog geweg, zonder veel woorden, verstomde hij alleman. Wij mochten wel nog een beetje blijven kijken, maar om tien uur moesten we naar ons piere (bed). Het heeft nog lang geduurd ‘ons Communiefeest.’ Pol heeft er niets van gemerkt, dat ik mijn koude voeten bij de zijne heb gestoken. Lieven had het plezierig, hij moest altijd maar lachen, en het was van :-“Dat is goed he”, totdat almeteens zijn maag reageerde en een geluk, dat de nachtemmer al boven was, hij heeft het daar maar in teruggegeven. Hij is dan al bleiten in slaap gevallen.